Elke keer als ik zeg dat het goed gaat, stort mijn wereld in” merkte ze op.
Terwijl ze thuiskwam en haar natgeregende jas op de kapstok hing, dacht ze erover na. Langzaam liep ze, diep in gedachten verzonken, naar de bank en plofte neer. Ze pakte de afstandsbediening en zette de TV aan. De poppetjes op het beeldscherm trokken aan haar voorbij, maar echt opmerken deed ze het niet want zij vertoefde ergens diep in de krochten van haar gedachten.
De gedachte liet haar niet meer los:
Terwijl ze kookte dacht ze.
Tijdens het avondeten dacht ze.
Toen ze voor het slapen gaan haar tanden stond te poetsen, dacht ze.
En zelfs toen ze in bed lag, dacht ze er nog over na…
En ze dacht…
En ze dacht…
Tot ze in een diepe slaap verzonk en droomde over de mooiste dromen in werelden ver van hier, maar die er soms toch verdomd veel op leken.
Uitgerust werd ze wakker. Terwijl haar koffieapparaat stond op te warmen zocht ze haastig naar een lege doos.
“Dat moest het zijn, ja!” De somberheid van de avond ervoor had plaatsgemaakt voor een euforische vorm van energie, toen het idee ineens in haar hoofd plopte bij het ontwaken.
Ze scheurde een flap van de doos die ze net had gevonden, en terwijl ze koffie dronk beschreef ze het stuk karton.
Die bewuste dag is ze er voor het eerst gaan zitten, langs de kant van de weg, en sindsdien is ze er op sombere dagen vaak te vinden.
Als ze aan het einde van de dag besluit naar huis te gaan, kijkt ze altijd nog even om zich heen. En bij het aangezicht dat de wolken nog in de lucht hangen en het gras nog groeit, groeit er ook een glimlach op haar gezicht.
Dan vouwt ze haar kartonnetje met “The World Ends TODAY” op, en loopt ze vredig terug naar huis: haar taak zat er weer op.
En wat heb jij vandaag gedaan om de wereld te redden?